Met pensioen gaan is hard werken
Met pensioen gaan is hard werken

We moeten het even over pensioen hebben. Niet over de opbouw of de hoogte daarvan. Ook niet over de pensioenfondsen of het nieuwe -stelsel. Wat er financieel en administratief allemaal bij komt kijken, daar hebben we het vaak genoeg over.

Nee, we moet het hebben over het moment dat het zover is. Een moment waar veel mensen naar uitkijken. Ik ken dertigers die tot twee decimalen achter de komma nauwkeurig weten hoeveel dagen ze nog moeten werken en hoeveel pensioen ze hebben opgebouwd. Lijkt me afschuwelijk, dat aftellen. Het betekenisloos uitzitten van veertig van je beste jaren trouwens ook. Nu ben ik mogelijk een slechte graadmeter op dit gebied, want in mijn familie is het al generaties lang een gewoonte om te sterven in het harnas. Het helpt dat wij werken niet als noodzakelijk kwaad zien, maar als een soort levensmissie. Het zal niet voor niks zijn dat ik besloot om mij uitgerekend op het thema doorwerken na je vijftigste te richten.

Er zijn steeds meer mensen die niet reikhalzend uitkijken naar hun pensioen. Ik ontmoet steeds vaker gemotiveerde zestigers die een baan zoeken die ze tot nu hun pensioen kunnen blijven doen en fitte zeventigers die graag weer van betekenis willen zijn voor de arbeidsmarkt.

De arbeidsmarkt moet nog een beetje wennen aan deze doelgroep. De meeste werkgevers willen dat je op je pensioengerechtigde leeftijd het bedrijf verlaat en niet meer terugkomt. Dat is voor de doorstroom van jonge mensen op de arbeidsmarkt een goed idee, maar voor het benutten van alle wijsheid van de pensionado’s niet. Het zo de deur uit laten lopen van levenswijsheid, vakkennis en doorleefde vaardigheden is pure derving.

Enfin, er komt dus in ieders leven een dag dat het betaalde werkzame leven stopt en dat een nieuwe levensfase aanbreekt. En dat kan nog wel eens hard werken zijn.

Een rondvraag onder mijn allereerste klanten van 12 jaar geleden, die nu goeddeels met pensioen zijn, leert dat de meesten de nodige tijd hebben moeten wennen aan hun nieuwe levensfase. Niks geen vakantiegevoel, eindeloze tijd voor kleinkinderen, moestuinen en andere hobby’s. Nee, maandenlange depressies, gevoel van nutteloosheid en echtelijke ongezelligheid.

,,Een deel van mijn vriendenkring werd ziek of overleed kort na pensionering’’, vertelt Fred (71). ,,Zelf kreeg ik een hartaanval binnen twee maanden na mijn laatste werkdag. Ik ben er van overtuigd dat dit kwam doordat ik jarenlang heel hard heb gewerkt en niet naar mijn lichaam heb geluisterd. Toen ik eindelijk tot stilstand kwam, kwam alle stress er uit. Wat ik jonge mensen wil meegeven, is dat ze werk moeten kiezen dat ze energie en inspiratie oplevert. Het is niet erg om aan het einde van je werkdag moe te zijn, maar er is een verschil tussen ‘voldaan moe’ en ‘afgepeigerd moe’. Geef alles wat je in je hebt, maar nooit ten koste van je gezondheid. En zorg ervoor dat je loopbaan zich mee ontwikkelt met de levensfases waar je doorheen gaat. Want als ik het over zou mogen doen, dan had ik de optie tot demotie gezien als een kans om gezond met pensioen te gaan, in plaats van als een belediging.’’

Een glijdende schaal van de toppen van je kunnen naar je pensioen, zou net zo vanzelfsprekend moeten zijn als de weg naar het hoogtepunt van je loopbaan. En daar moeten we het meer over hebben met elkaar.

Over de schrijver
Reactie plaatsen