Generatieverschillen op de werkvloer
Focking Chill

Focking chill


,,Ze zitten de hele dag met zo’n draadloze koptelefoon op. Totaal afgesloten van de rest van het team omdat ze anders overprikkeld raken. Oh nee, koptelefoon is alweer ouderwets, het is bluetooth-headset. Alles moet altijd focking chill en super relaxed zijn.

Alle zinnen in hun mails sluiten ze af met uitroeptekens en blozende emoticons. Alsof alles wat je zegt altijd leuk en aardig moet zijn. Als ik een keer iets stellig zeg, zijn ze gelijk over hun toeren. En als ik op vrijdag aan mijn broodje kroket zit, zitten ze afkeurend te snuiven achter hun linzencrackers en vegan quinoa-bowls. Toen ik boos werd omdat ze begonnen over hoeveel arme diertjes er wel niet voor die kroket hebben geleden, moest deze ‘gast’ gewoon effe ‘legit’ zijn. Of ‘legit’ doen, dat weet ik niet meer.’’ 

Ik moet stiekem een beetje lachen terwijl teammanager Hans (59) uitraast over de jonge medewerkers in zijn team. Hij is niet de enige leidinggevende die worstelt met de generatiekloof op de werkvloer. 

Ongeveer elke vijftien jaar ontstaat er een nieuwe generatie. Generatiegenoten hebben een aantal kenmerken met elkaar gemeen. Dat komt omdat ze binnen dezelfde tijdsgeest zijn opgegroeid. De opvattingen van opvoeders, de manier van onderwijs, het economisch klimaat, de heersende subculturen, innovaties en wereldgebeurtenissen vormen een generatie. Een nieuwe generatie zet zich altijd in zekere zin af van de voorliggende generatie. En dat is goed. Zo ontstaat vooruitgang en blijven we ons als mens evolueren. 

Maar op de werkvloer kan het nog wel eens voor uitdagende situaties zorgen. Een herkenbaar beeld in veel organisaties.  

De gemiddelde leeftijd van de Nederlandse beroepsbevolking is 42 jaar. Bij veel organisaties ligt de gemiddelde leeftijd echter veel hoger. De overheid spant hierin de kroon. Daarom dat veel organisaties de laatste jaren hebben ingezet op ‘verjongingscampagnes’. Alles werd uit de kast getrokken om jonge mensen te enthousiasmeren om bij de betreffende organisatie te komen werken. Maar als je de gewilde Millenials en Generatie Z-ers eenmaal hebt binnengehaald, ben je er nog niet. Een groep collega’s wordt niet vanzelf een goedlopend team. Daarvoor moet je begrijpen wat je aan elkaar hebt. En daar wil het nog wel eens mis gaan. Want elke generatie heeft andere wensen en behoeftes, kenmerken en overtuigingen, kwaliteiten en valkuilen. Als je daar aan voorbij gaat, loop je als organisatie het risico dat de verjonging niet helemaal slaagt. 

De ervaren collega’s, door jongeren vaak ‘boomers’ genoemd (afgeleid van babyboomers, hoewel die al met pensioen zijn), kunnen onzeker worden van al de tech-savvy hipsters en in de weerstand schieten. De jongere collega’s kunnen op hun beurt verstrikt raken in ‘zo doen we dat hier nu eenmaal’ en na het verlies van hun werkenergie besluiten om ergens anders te solliciteren. Een situatie waar niemand van opknapt. De oplossing zit in begrip krijgen voor elkaars generatiekenmerken. Inzicht in de sterke en zwakke punten van elke generatie kunnen verfrissend werken. Want laten de sterktes van de ene generatie nou precies de zwaktes van de andere kunnen ondervangen. Moet je wel even verder kijken dan die kroket. 

Over de schrijver
Reactie plaatsen